Het leek me aardig om een aparte afdeling te maken van de vele dieren die
vermeld worden in zowel de home-site als de tuin-site. In het verhaal
hieronder staan regelmatig lege plekken of onverwachte lijnen. Hulpjes bij
het zoeken naar een nieuwe plek of naar fouten!
Misschien stonden er ook om mijn wieg wel 9 feeën. Dan heeft een van hen
gezegd: Dit kind zal haar leven lang genieten van dieren en planten. Pas
later in mijn leven ben ik gaan beseffen wat zo'n onderdeel van je karakter
voor een heerlijk geschenk is.
Mijn allereerste echte herinnering is niet aan een huis
of omgeving, aan mijn ouders, broers, zusjes, maar een bloem. Mijn ouders woonden in een paleisachtig huis aan Tanah Abang in
Batavia. Mijn praktische moeder zag w.s. niks in de muggen waarvan larven in het zwembad
leefden. Water uit het zwembad, aarde en planten
erin, waaronder Torenia en die werden leeuwenbekjes
genoemd.
Ik was nog geen 4 jaar oud en kan me mijn verrukking over de bloem nog
herinneren.
|

|
|
 |
Uit dezelfde tijd een herinnering aan een gouden of
zilveren cocon,
die hing aan het blad van een oleander. De naam van de vlinder heb ik
wel eens geweten, nu even niet, komt wel weer. De foto komt van
internet.
Hier is ie: Euploea core. Zilver was de cocon, een
juweeltje, kijk maar bij Google.
Nog voor die herinneringen was ik al in de rupsen. Zei mijn
familie.
|
|
Ik ben van '38 en was daar in Indonesië bijna 4. We zijn dan in 1942
aangekomen en kort na het verblijf op Tanah Abang belandde de familie in een Jappenkamp, Tjideng, in Batavia. Bij het laatste huis
waarin we daar woonden had mijn moeder (vader in ander kamp) een klein stukje
grond. Daar kweekte zij tjabeh, vol vitaminen. We kregen elke dag een
theelepel fijngestampt pepertje ...
Er stond ook een struik en in die struik woonde een bidsprinkhaan. In mijn
herinnering - maar die kan niet correct zijn - met maar één vangarm en na
afloop van de oorlog meegenomen naar de tuin van ons eigen huis in Batavia.
Ik ben altijd dol op die beesten gebleven.
|
|
BIDSPRINKHANEN
|
In Frankrijk, waar we gewoond hebben tussen 2002 en 2013 komen 3 soorten
voor of misschien 4, maar die 4e heb ik nooit gezien. De meest algemene is Mantis religiosa. Meestal groen,
maar ook chocoladebruin, mosterd en bijna wit, maar dat laatste is dan altijd een
'larve'. 3e foto hieronder, links.
Een bidsprinkhaan komt als mini uit het eipakket (daarover later meer) en
lijkt dan het meest op een kwieke bosmier, met een leuk hartvormig kopje.
Bij heel veel soorten heeft zo'n jonkie het achterlijf omhoog, bij de gewone
mantis in Frankrijk niet. De slechte foto van het bleke beest laat het
zien.
|
Bidsprinkhanen - waarvan ik de hele cyclus ooit in Nigeria, waar ik met mijn
1ste echtgenoot ruim 3 jaar heb gewoond, heb kunnen meemaken - vervellen een
keer of 5 en na de laatste vervelling hebben zowel mannetjes als vrouwtjes
vleugels. Ik heb in Frankrijk nooit een vrouwtje zien vliegen. Ze zijn vaak
behoorlijk groot, tot wel een cm of 9 en aardig zwaar.
Mannetjes moeten op zoek naar een wijfje. Ze zijn kleiner en smaller en
vliegen vaker. Op de 4e foto hieronder, rechts, kun je de vleugels zien. Op
de foto wel een vrouwtje, ze was bijna verdronken en moest opdrogen.
|
|
|
Een bidsprinkhaan leeft van insecten, die zij/hij grijpt met een razendsnelle
uitval van de twee vangarmen. Die zijn voorzien van in elkaar passende
stekels en zijn in rust naar voren toe samengevouwen: bidden! Het zijn
nuttige dieren. Ik heb me wel eens laten vertellen, dat mensen in Zuid
Amerika bidsprinkhanen in de keuken houden om de vliegen te bestrijden!
Gerald Durell beschrijft in een van zijn boeken, w.s. 'My family and other
animals', hoe een bidsprinkhaan een gevecht aangaat met een hagedisje. Het
speelt zich af in Griekenland en allebei de dieren zitten op het plafond van
zijn kamer. Ik geloof dat ze allebei naar beneden vielen ...
Hieronder een foto van een bidsprinkhaan in rust en eentje, die een vlieg
heeft gevangen.
|
|
CIGALES
|
Cigales horen bij de Zuid-Franse zomer. Rond 20 juni beginnen ze met hun
niet aflatend gezaag. Het moet eerst minstens 25 graden zijn. Ik vond het
altijd wel grappig als je een van de eerste hoorde: die leek dan te
schrikken van zijn eigen herrie en hield meteen weer op!
De mannetjes zitten
hun muziek te maken, de vrouwtjes komen kijken of de lawaaischopper geschikt
is als partner.
Hun leven speelt zich voor een groot stuk af in de grond en daar zie je
uiteraard weinig van. Ik ben ze wel eens tegengekomen. Dit zegt Wikipedia:
ze hebben een onvolledige gedaantewisseling en komen dus als piepkleine cicaden
uit het door de moeder gelegde ei. In de jaren die ze in de grond
doorbrengen voeden ze zich met de sappen uit wortels van planten.
Het beest
op de tweede foto kruipt uit de grond, de cigale breekt uit het
laatste pantser en laat een leeg omhulsel achter. Zo'n
ding vind je vrij vaak, foto 2. Het volwassen dier is eerst groenig en
ontwikkelt vleugels en wordt daarna pas grauwbruin.
Op de volgende foto een vleugelloos exemplaar. Ik weet dat mussen er lol in
hebben om de vleugels uit te trekken en w.s. het beest zelf dan op te eten.
Misschien was deze ontsnapt aan het opgegeten worden.
De duidelijke foto heb ik gepikt van internet, want ze zijn a) moeilijk te
vinden en dan b) ook moeilijk te fotograferen.
Cigales horen bij dezelfde familie als spuugbeestjes. In Amerika komt een
soort voor dat 17 jaar in de grond leeft en dan massaal tevoorschijn komt
als volwassen dier. Een jaar of twee geleden was er zo'n jaar en kwam het op
het nieuws.
|
|
|
 |
Zoals al gezegd: cigales zijn moeilijk te zien te
krijgen, want ze zitten vrijwel altijd op een tak of stam die dezelfde
kleur heeft. Heb je er een gevonden en blijf je een tijdje kijken, dan
zit er vaak niet één, maar zijn het er een stuk of 5.
|
|
Van mijn buren kreeg ik een paar foto's van het verschijnen van de cigales.
Die komen uit de grond als een volwassen larve, een popstadium hebben ze
niet. In alle jaren in Frankrijk heb ik dat zelf nooit gezien. Onze buren
zaten deze zomer in de buurt van Avignon en vertelden, dat het stikte van de
cigales en dat die een voorkeur hadden voor autobanden! Een pas uitgekomen
imago is lichtgroen en moet 'uitharden'. Pas uitgekomen exemplaren heb ik
wel gezien.
|
|
|
BIJEN EN ZO
|
Hier valt niet zo veel over te vertellen, ze hebben nooit mijn
bijzondere aandacht gehad.
Deze foto b.v. heb ik gemaakt omdat ik het zo grappig vond dat er massa's
bijen kwamen drinken uit de regenton. In elke container met water stond
altijd een stuk hout om dieren, die per ongeluk in het water terecht
kwamen, vaak hagedisjes, de gelegenheid te geven te ontsnappen. Toen ik de
foto maakte zaten er massa's bijen bij het water. Ik viel vooral op de
bij die linksboven komt aanvliegen!
Deze grote regenton stond onder de hoek van het balkon en Ko had, heel slim,
er een ketting boven gehangen, zodat al het water in die ton terecht kwam.
In Zuid Frankrijk ben je zuinig op (regen)water .Als het ging regenen zette
ik zo veel mogelijk emmers onder dakranden, een stuk of 12. Allemaal met een
stok erin.
|
|
|
Wespen zaten er genoeg waar wij woonden. Ik heb er geen foto's van. Ze
maakte overal kleine nestjes, bolletjes van cellen, zoals in een honingraat.
Ik kwam ze vaak tegen als ik aan het snoeien was, nogal eens met een
pijnlijke steek van een schijtnijdige (terecht) wesp als gevolg. Wespen
maakten ook regelmatig nesten in de brievenbus of in de deur van de rode
auto e.d.
Als je door een bij of wesp gestoken wordt doe dan zo snel mogelijk
een natgemaakte paracetamol op de steek en houd hem erop totdat de
pijn zakt, dan heb je w.s. nergens last van.
Een andere methode, als je ver van de paracetamol bent, is om 3 groene
bladeren van verschillende planten te kneuzen en samen te wrijven om op de
steek te doen. Mijn buurvrouw Mirjam deed dat, ik heb het nooit geprobeerd. Hier
helemaal rechts: het gevolg van een beet van een aoutât, teekachtig beest
dat in vnl in gras voorkomt. Je ziet niks!
|
|
Vlak voor ons vertrek naar Nederland was een frelon doende met het
bouwen van een nest tegen het plafond van de zomerkeuken. Een absoluut
kunstwerkje van gekauwd hout. Een frelon is in het Nederlands een
'hoornaar'. Ziet er gevaarlijk uit, maar doet niks als je haar niet
verschrikt. Het is een vleesetend insect.
|
 |
Beneden bij de garage had ik dit gevalletje - ooit
gekleid - als onderkomen voor metselbijtjes. Er werd altijd dankbaar
gebruik van gemaakt, in het voorjaar waren alle woningen bezet.
|
|
De foto rechts is van later in het jaar, dan zijn de
meeste larven die in de cellen gewoond hebben als volwassen dier
uitgevlogen.
In Zoeterwoude heb ik in de binnentuin zo'n bijenhuis hangen,
ergens gekocht; geen bij heeft er belangstelling voor getoond tot nu
toe. Misschien moet het opener hangen of in de zon ...
wespennestje
ware grootte
|
|
|
 |
|
|
|
VLINDERS EN ZO
|
Een van de mooiste vlinders ooit: St Joseph's Cloak Moth,
gezien in Sydney, winter 2019. Het is eigenlijk een nachtvlinder - a
moth - maar vliegt overdag en schijnt territoriaal te zijn.
Nou kijken of ik een foto kan laden... |

|
|
 |
De eerste vlinder die je in Zuid Frankrijk opvalt, omdat
je hem nooit eerder hebt gezien, is de Moro-Sphinx. Ik meen dat
hij in het Nederlands meekrapvlinder heet (de rupsen leven op meekrap,
een soort kleefkruid dat in Z. Frankrijk een algemeen onkruid is). Macroglossum
stellatarum en dat is de enige Latijnse naam die ik hier
verder bij ga schrijven. Hij vliegt het hele jaar en als het maar even
behoorlijk weer is zie je hem als een kolibrie *) voor bloemen hangen waar
hij met z'n lange tong nectar uit zuigt. Je hoort ze vliegen.
Regelmatig heb je er een in de kamer. Echt een leuke vlinder.
Fotograferen is uiteraard lastig met die snelbewegende
vleugeltjes.
*) In 2016 voor het eerst in onze tuin in Zoeterwoude gesignaleerd.
In 2019 zag ik hem 5x.
|
|
Op een dag zag ik er een die roder leek en ook het
lijfje zag er fluweliger uit. Via de vlinderstichting kreeg ik te
horen dat het een glasvleugelpijlstaart was. Mooi woord voor
scrabble! De foto van de vlinder in rust is uiteraard van internet. |

|
|
|
 |
De tweede vlinder die je in verrukking brengt is de
koninginnepage. De vlinder in mei is dol op valeriaan (centranthus)
De vlinder vliegt 2x, in mei en in september een tweede generatie. De
rupsen leven op peen, venkel en dat soort planten. Hoe dat ooit goed
gaat vraag je je af voor die tweede generatie, want in juli en
augustus is alles in rust en zijn er heel veel planten
verdroogd.
Mooi groene rupsen met streepjes, ik zal een foto zoeken.
|
|
Te gek mooie vlinder en makkelijk te fotograferen als je
een beetje geduld hebt.
Veel vlinders zijn heel onrustig en moeilijk te benaderen. Anderen
doen direct hun vleugels op elkaar als ze ergens gaan zitten. Maar
vlinders fotograferen is meestal makkelijker dan vogels vereeuwigen
Hieronder: pop van koninginnepage.
|

|
|
 |
De koningspage, le flambé, vliegt ook 2x, de eerste
generatie in maart en dan nog een keer in de zomer.
Dit vind ik een heel aantrekkelijke vlinder, want soms lijkt het of
hij met je wil spelen. Hij wiekt dan voortdurend om je heen en dat kan
wel een uur duren. De eerste keer dat ik het meemaakte speelde de
vlinder met mijn dochtertje van een jaar of 11, ergens in midden
Frankrijk. De tweede keer was bij het gastenhuisje. |
|
Op een dag zat er een grote, oranjig-gele rups
tegen de muur naast de trap, klaar om zich te verpoppen. Om de
pop te beschermen tegen hongerige vogels heb ik een pot met een
geranium op de trap gezet en de hele winter laten staan. Dat kan
in Frankrijk, geraniums buiten laten staan ...
Op een mooie dag kroop de vlinder eruit: koningspage.
|

|
|

|
|
 |

|
Één keer heb ik in Australië, bij Cairns, 'n vlinder
gezien met 'glazen' vleugels en één keer in Z. Afrika eentje
waarvan de bovenste vleugels doorzichtig waren. Wonderschoon.
Deze ken ik alleen van het plaatje, super!
Later ook gezien: in Costa Rica. |
|
|
 |
 |
Die muur was kennelijk een prettige plek om je te
verpoppen. Een andere rups maakt zich gereed op foto 1, verandert in
een pop, foto 2, en wordt uiteindelijk een koolwitje!
|
|
|
Veel plezier heb ik beleefd aan de
euphorbiapijlstaartrups. Een trage rups op, allicht, euphorbia, t.w.
E. characias, een veel voorkomende plant met heel giftig melksap!
Hadden die rupsen geen last van.
Keurige eters, eerst een heel blad opeten en dan pas aan het volgende
beginnen. De rupsen beginnen geel/zwart/witte vlekken en er komt later
rood bij, prachtige beesten. Uiteindelijk zo groot als een vinger.
Als de tijd daar is gaan ze aan de wandel, 2 of 3 dagen, ik denk om hun
darmen, als ze die hebben, leeg te maken en daarna kruipen ze de grond
in. Ik heb ze gehouden in een terrarium en het hele proces kunnen
bekijken.
Het was makkelijk om deze rupsen in een terrarium te houden, want
ik had genoeg euphorbiaplanten in de buurt. Je hebt voor grote rupsen
heel veel voedselplant nodig en je moet de plant ook vers kunnen
houden. Voor konininnepagerupsen kon ik niet genoeg voedsel vinden. Je
zou zeggen het loof van bospeen, maar dat verkochten ze maar zelden
daar! |
 |
|
 |
De vlinder, een nachtvlindersoort, heeft weer heel
andere kleuren: mosgroen, crème en roze. Wat een absoluut wonder. En
dan zijn er nog mensen die niet in God geloven!!!
Helaas waren rupsen en vlinders onze laatste Franse jaren,
duidelijk minder aanwezig.
|
|
|
Rupsen en vlinders hadden mijn belangstelling al toen ik
twee was, volgens mijn familie.
In Nigeria, waar ik woonde van '64 - '68, heb ik het hele proces van
deze vlinder, de beroemde monarch, kunnen bekijken: de rups, die op de
rups van een koninginnepage lijkt en leeft op de zijdeplant;
(asclepias), in 12 dagen volwassen was, zich verpopte - beeldige groene
pop met een gouden randje! - na ruim een week donkerbruin werd en dan
de volgende morgen om 10 uur een vlinder voortbracht. Je kon er de klok op gelijk zetten!!
Geen digitale camera in die tijd en bovendien vrijwel alle foto's
uit die jaren kwijt. Gelukkig kun je op internet alles vinden. De vlinder
rechts zit
op de bloem van een zijdeplant. Als bij de foto's de naam van de maker
staat vermeld ik hem erbij, maar meestal is die er niet. |

|
|
Een monarchvlinder leidt een heel interessant leven. Deze vlinder
overwintert met miljoenen tegelijk op één plek ergens in bos met hoge
dennen in Mexico. Het is een soort dat, net als trekvogels, migreert en
daarbij kan een vlinder wel 4500 kilometer afleggen!!!
|
|
 |
Deze heb ik elk jaar wel een keer gezien, maar voor een
behoorlijke foto van de vlinder moet ik weer op internet wezen.
|
|
De Jasiusvlinder komt op rotte appels af. Heb je er een in de buurt zien
vliegen en je hebt toevallig een rotte appel, leg de appel dan op een goed
plekje neer en binnen de kortste keren zit de vlinder erop. Maar helaas, altijd
met dichtgeklapte vleugels. De fraaie kleuren zie je alleen als ie
rondvliegt. In juni.
|
|
Op een middag gingen we bridgen toen ik de twee vreemde
vlinders onderop de muur naast de auto zag zitten. Raar plekje want
het was boven een stuk beton. Toen we terugkwamen waren ze helemaal
uitgegroeid: nachtpauwogen. De vlinders zijn soms wel 14cm groot. Een
keer eerder gezien, een dood, verfomfaaid exemplaar waarmee buurman
Gilbert kwam aanzetten. Deze rups kwam ik een keer tegen in een moerassig gebied met heide in
Ierland, waar ik met Joke aan het wandelen was. Die was ook zeker
10cm. Jim H. die veel van insecten weet, denkt dat het de rups is
van een kleine nachtpauwoog.
|

|
|
 |
Twee dagpauwogen, op buddleja in Voorthuizen en hieronder de zeer
algemene kleine vos, soms massaal op scabiosa - 14 tegelijk! - of op
de gevel. Vaak veel vlinders in Voorthuizen!
|
|
|
Het 'Spaanse' vlindertje waarvan ik de naam nooit heb
kunnen achterhalen kwam elk jaar een paar weken massaal voor in
Frankrijk, vaak op die scabiosa-achtige plant, zoals op de foto. De
plant heb ik ook nooit met zekerheid kunnen determineren, iets heel
gewoons, groeide overal. Ik moet nog een andere foto hebben van het
vlindertje, het heeft een bijzondere tekening op de onderkant van de vleugel.
Zomer 2017 heb ik er eindelijk een foto van. Meestal heeft die crème
streep bovenin een poot naar links.
Ook van Jim kreeg ik de naam van dit vlindertje Pyronia bathseba en
dat klinkt behoorlijk bijbels!
|

|
|
|
Landkaartje, hierboven, rechtsboven
vuurvlindertje - op een aster - zowel in Voorthuizen als in
Zoeterwoude. Hieronder: gehakkelde aurelia en distelvlinder, beide
zowel in Nederland als in Frankrijk. |
|
|
Een keer in het voorjaar een mooi groen vlindertje
(Frankrijk): Thecla. Eerste foto zelf, tweede internet. |
|
|
|
Deze twee op één dag, vlindertje rechts van verdrinking gered. Zigène
de la coronille heet ie in het Frans; de rups leeft op Coronilla glauca,
een aardige struik, en daarvan waren er genoeg. Het vlindertje heb ik maar
één keer gezien, wel twee op een dag. In het Nederlands heet de familie
van de dagactieve nachtvlinders bloeddrupje - mijn stokoude
vlindergids geeft bloedvlekvlinder - en als je Zygaena googlet en
afbeeldingen, krijg je foto's te zien van allerlei grote schoonheden van
deze soort.
|

|
Op een dag was ik iets voor de garage aan het doen toen
er een vlinder langskwam, nogal fladderig. Vervolgens nog een en nog een
...ze kropen onder de deur van de garage door. Behoorlijk wild.
De volgende morgen vond ik er twee dood in de garage en er fladderden
er ook nog een paar. W.s. heeft er een vrouwtje van deze nachtvlinder,
een hageheld, in de garage gezeten en kwamen daar een hoop mannetjes
op af. Een stuk of zeven, de feromonen werken goed! |
|
Een dambordje kwam een heel enkel keertje langs in
Frankrijk. Hier op anjertjes.
Er was ook dikwijls een licht groenig geel vlindertje te zien in de
bermen in Frankrijk, maar dat was zo'n rusteloze snelle vlieger, dat
ik het nooit heb kunnen bekijken/benoemen. Zomer 2017 zag ik het weer
druk fladderend in de tuin van Jan en Marjan. Het was bijna donker en
ineens ging het zitten op een armzalig, stekachtige plant. Daar kon ik
hem goed bekijken, vleugels dicht en volkomen onzichtbaar als je niet
wist dat daar een vlindertje zat. Foto's gemaakt, maar geen een goed.
Wel weet ik nu wat het was: een luzernevlinder.
Het heeft op de vleugel een ring met wit in het midden.
|

|
|

|
Bij het schoonmaken van de serre kwam ik die twee op
de linkerfoto tegen: een schorpioentje en de lege pop van een
beervlinder met het berenrupsenvel er nog aan. Ik vond als kind vaak
de bruine beerrups op die struik met die vervloekte witte bessen,
sneeuwbes? Mijn broertje en ik lieten ze over onze neus lopen! De
beervlinder - een nachtvlinder - is heel mooi, met een vuurrode
onderkant en daar moet ik ook nog een foto van hebben. Gevonden, na
lang zoeken.
Ik zag er bijna ieder jaar wel een. |
|
|
|
 |
Een atalanta, die geloof ik nog een stel
andere namen heeft: admiraal? nummervlinder? ziet er meestal
supergezond uit. Zowel in Frankrijk als in Nederland algemeen. |
|
Een wat verfomfaaid blauwtje op blauwe corydalis. Ik
dacht dat het iets bijzonders was, maar het is het meest algemene
blauwtje t.w. het boomblauwtje. Er is ergens een (niet veel) betere
foto. Zoeterwoude. |
 |
|
De citroenvlinder was in Frankrijk een algemene verschijning, maar in
zoverre anders dan de Nederlandse, dat het mannetje een fraai oranje
vleugeltip had. Je kunt het nog een beetje zien op de foto hier links onder.
Erg mooi vind ik, rechts ervan, een groot geaderd koolwitje, vrijwel
doorschijnend, je ziet het roze van de centranthus door de vleugels heen.
|
|
Het vlindertje hieronder zat een keer op robbertskruid, een redelijk
aantrekkelijk onkruid, dat ik wel uittrek, want anders heb ik straks niks
anders. Het bleef zitten en ik zag waarom: piepkleine eitjes op het
robbertskruid, hier flink vergroot. Tienuursvlinder, Frankrijk.
|
|
|
Twee onbekenden, gezien in Frankrijk, die hieronder meer dan eens, zijn
boven: bont zandoogje: het laatste verbaast me, want die ken ik als
grijsbruin met witte vlekjes, vorige week nog in Z'woude in de tuin. Hieronder
links veldparelmoervlinder, Melitaea cinxia. De vlinder
rechtsonder heb ik vrij vaak gezien, mooie vlinder en tamelijk rustig. Han
Klein Schiphorst van de Vlinderstichting gaf me de naam: blauwe
ijsvogelvlinder ...
|
|
Gezien in Sydney, 2019, ongeveer de mooiste vlinder
die je je kunt voorstellen: St joseph's Cloak Moth.
Het is eigenlijk een nachtvlinder (moth), maar vliegt overdag en is
territoriaal naar het schijnt. |

|
|
 |
Een rups waar ik enorm de pest aan heb. Naam is me
onbekend, ik heb hem altijd 'uilenrups' genoemd. Dit is een algemeen
voorkomende rups van een of andere nachtvlinder. Hij is eerst
lichtgroen en wordt later bruin. Een vraatzuchtig beest dat 's nachts
de bloemen van Gladiolus tristis opeet! Als je 'm probeert te pakken,
toch al niet leuk, want ze zijn zacht, die rupsen! dan laat hij zich vallen
in opgerolde staat. Zo groot als op de foto. Als ik met een
zaklantaren ging kijken bij die gladiooltjes - die zo zalig roken 's
nachts, eind maart - dan haalde ik er soms wel 5 of 6 af. Krengen! |
|
2020. Eindelijk weet ik bij welke vlinder deze rups hoort. W.s een
huismoeder of een agaathvlinder. In Nederland houd ik het bij de
laatste.
Nee dus! 16 juni 2020: de rups die ik vanaf begin mei in een bakje heb
gehouden, ging op 6 mei de grond in en kwam op 15 juni uit: Mormo maura en
dat is een zwart weeskind. Mijn rups zag er weer net een beetje
anders uit, want er zijn allerlei soorten weeskind.
|
|
EEN PAAR LIBELLEN / WATERJUFFERS
|
|
|
Een rode libel op de hand van Joop, gemaakt met de net aangeschafte nieuwe
camera in september 2009, heemtuin Leiderdorp.
|
 |
Parende waterjuffers rechts en hierboven een vuurjuffer in de
tuin in Zoeterwoude, mei 2014. |
|

|
|
In Costa Rica, februari 2017, zag ik een waterjuffer van wel 10 cm of zelfs
meer. Ik zal kijken of ik de foto nog kan vinden.
|
|
|
ANDERE KLEINE DIEREN
|
|
 |
In de allereerste week, dat we in het huis, dat
later van ons zou worden, zaten zag ik dit beest op de muur van de gang. Een
onbekend beest in eigen huis, het gaat enorm leuk worden daar in
Frankrijk!
Je kwam hem overal tegen en ik noemde hem 'rendier', het moge duidelijk zijn
waarom. Scutigère in het Frans. Wikipedia noemt hem
spinduizendpoot, maar hij heeft maar een stuk of dertig poten. |
|
|
|
|
In Frankrijk hadden we twee schorpioenen, een klein zwartje, dat met
regenachtig weer soms het huis in kwam wandelen op zijn grappig dwarse
manier, tamelijk onschuldig, en een gele, die ik maar een paar keer gezien
heb, meestal verdronken in het zwembad, één keer onder een bloempot. Die
gele schijnt minder onschuldig te wezen. Ik zoek een behoorlijke foto.
Het beest rechtsonder is een scolopendre, familie van de
duizendpoten, een eersteklas griezel. Groot en zich druk wriemelend
bewegend. Ook meestal verdronken gezien, maar toch ook vaak ergens onder vandaan.
Steek? beet? schijnt onaangenaam te wezen.
|
|
|
 |
Op slakken ben ik ook niet zo dol. Dit hier links zijn segrijnslakken,
die grote knollen in elke tuin. In Frankrijk niet heel veel. In
Voorthuizen bijna niet, in de nieuwe tuin in Zoeterwoude vanavond
twee.
Ik ging met een zaklantaren kijken wie mijn viooltje voor
opvrat, jaja, zo'n enge, dikke, bruin/oranje worst, linksonder.
Weerzinwekkend vind ik ze, vooral dat gat bij die horentjes. Deze zit
in de groene bak, maar ik breng hem straks wel weg naar een plek waar
mensen geen last van hem hebben. Er bestaat ook een naaktslak die iets
kleiner is en mooi van tekening, grijs met zwarte strepen, misschien
komt die nog in beeld. Met zo'n klein huisslakje heb ik geen moeite, dat mag blijven.
Tegenwoordig grijp de naarlingen met een tangetje en doe ze in een
doosje in de diepvries. Later de sloot in.
|
|
|
|
|
|
|
Van spinnen weet ik ook al niet veel, maar dat is geen
reden om ze niet te bekijken. Kruisspin rechts woont bij de groene bak
in de tuin in Zoeterwoude. Slim plekje, want als de bak opengaat komt
er nogal eens een wolk fruitvliegjes uit ... Spin hieronder is een soort trechterspin, met rechts het
web. Het web was in Frankrijk en de spin hier in huis en ze horen dus
niet bij elkaar. Het heeft me de nodige tijd en de aanschaf van een
instructief boekje gekost om te achterhalen welke spin het was. Er was
n.l. spinnentelweek en dan ga ik al gauw kijken en meedoen. Een
oplettende vriend stuurt me altijd allerlei informatie, maar dit keer
een naam voor de spin en die kon onmogelijk kloppen: daar ga je dan. |

|
|
|
 |
Een fraai krabspinnetje in bloeiende peterselie.Dit
exemplaar is wel heel erg mooi. Ik heb ze gezien in helemaal groen of
roze of wit. Deze spinnetjes schijnen hun kleur te kunnen aanpassen
aan de omgeving, binnen één dag.
Kikkers kunnen dat trouwens ook. Een groene kikker komt soms bijna
zwart tevoorschijn en is een paar uur later groen. Het verschijnsel
ken ik zelfs van rupsen die een pop maken: die krijgt de kleur van de
ondergrond. Op wit plastic werd de pop lichtoranje. Vissen in een
aquarium verbleken vaak als ze gestoord worden. Het trucje is niet
alleen van een kameleon ...
Maandenlang heeft een mooi groen krabspinnetje in een trogje met cactussen gewoond. |
|
Web van een hangmatspin op een mooie herfstmorgen. In
Clematis montana. |

|
|
 |
2019 Deze spin zag ik vorige week voor het eerst: een zgn
tijger- of wespspin. De eigenaresse van Festina Lente, een kwekerij in
Katwijk, maakte me op het beest attent. |
|
|
Dit is een wonderlijke verschijning in Frankrijk. Als ik
het goed heb is dit een zakjesdrager. Hij staat niet in mijn Franse
natuurboek. Er zit een rups in en later komt er, als alles goed gaat,
een beetje nietszeggende vlinder van.
Ik ken dergelijke beesten van de vijver, die we op nr 72 hadden. Kokerjuffers. |

|
|
|
|
|
|
Hagedisjes, zoals in elk warm land, algemeen. Er woonde in Frankrijk ook een
grote, felgroene soort. Ik heb hem een keer midden op de weg zien zitten,
toen ik naar de déchetterie reed, ben gestopt, heb hem naar de kant
gejaagd, kwam een kwartier later terug: hagedis dood op de weg. Stom beest
en jammer, want je zag ze maar af en toe. Alleen in de eerste jaren, maar Ko
zag er deze zomer een in de tuin van het huis waar we zaten en ook Cor maakte
melding van de grote groene.
Toen we in 2015 in Pierrerue vakantie vierden heb ik die grote groene
eindelijk goed kunnen bekijken. |
 |
|
|
|
 |
Een levensgrote slang vereerde ons één keer met een
bezoek: wel een meter lang lag ze op de trap naar boven en klom
in de Viburnum tinus. Na twee dagen was ze verdwenen.
Spriet kwam wel eens met een klein (levend) slangetje thuis en we vonden er
ook wel eens een in het zwembad.
Adders waren er niet in Frankrijk, dit waren ringslangen (couloeuvres).
Ik heb er ook eens een gered uit een leeg zwembad in de buurt. Die was
niet eens blij! Goh, wat ging ie te keer.
|
|
Ook steeds minder in beeld: padden. In de eerste jaren
zag ik wel eens een echt enorm beest, 15 cm pad. Prachtig. Hele mooie
ogen. Later alleen nog maar kleine exemplaren en niet eens vaak. Ze
zaten wel eens ingegraven in een bloempot. Zoals deze bij Anky. |

|
|
We hoorden zeker elk jaar wel een boomkikkertje. Hij maakt onwijs veel
lawaai, vooral als er ergens in de buurt lawaai wordt gemaakt.. Nummer 1
hieronder zat bij Mirjam op een pot, 't was de eerste die ik zag. Begin vorig
jaar vond ik nr 2 onderin een bloempot, wat een fantastische schuthouding en
-kleur, als ie op een blad zit zie je 'm echt niet. Ongeveer ware grootte.
Ik had de pot nodig, dus ik moest hem verstoren. Boomkikkertjes zijn ook wel
eens bruin.
|
|
 |
Kikkers hebben ook mijn hart gestolen. Toen we 'op 72' woonden - ons vorige
huis in Zoeterwoude - hadden we een grote vijver met groene kikkers erin. Die
kregen regelmatig meelwormen, zonder kop en aangeboden op een stokje.
Ze aten
na verloop van tijd uit onze hand. Ze waren zo tam, dat als ik de vijver
schoonmaakte er regelmatig een kikker op b.v. mijn been kwam zitten om te
kijken of er ook iets te halen viel.
Bij ons huidige huis is een kleine tuin met een minuscuul vijvertje met
daarin kikkers. Een mooie 'bruine' is op de bemoste steen amper te zien.
Vandaag, begin okt '14, ontdekte ik een heuse groene. |
|
|
|
|
|
|
VOGELS
|
|
Dit wordt een afdeling met nauwelijks eigen foto's. Als je die wilt maken
moet je beschikken over: fotografisch supertalent, een reusachtige telelens
plus statief, een kijkhut en engelengeduld. Ik heb redelijk wat geduld, maar
de rest niet!
Ik heb wel dik genoten van vogels in Frankrijk. Allereerst de zwarte
roodstaartjes, die al het eerste jaar broedden in het hokje met de pomp voor
het zwembad. Daar hadden de oudervogels een nest gebouwd op de plank en,
ondanks het feit dat er behoorlijk in- en uitgelopen werd, zijn de jonkies
uitgevlogen. De foto van de vogel is van internet.
De foto van het nestje konden we zelf maken. Karin P. had een nest baby
roodstaartjes waarvan
de ouders waren verdwenen en zij heeft de vogeltjes maandenlang vertroeteld
met meelwormen met een drupje water. Ze nam ze overal mee naartoe, want de
kleintjes moesten elk uur eten!
Roodstaartjes zijn algemeen. Ze zitten vaak boven op een dak o.i.d. en
zingen dan eerste een klein deuntje, gevolgd door een geluid dat het best
beschreven is als het over elkaar wrijven van kiezelstenen. Ze zijn niet erg
schuw.
We hebben later nog twee keer een nest gehad in de zomerkeuken, op een plank
bijna tegen het plafond. Camera erbij, we hebben alles kunnen volgen vanaf
het begin van de bouw van het nest. De eerste keer ging het mis toen de
jongen al vrij groot waren. Het nest is leeggeroofd door w.s. een
steenmarter, we vonden alleen nog maar één pootje. Het jaar erop ging het
goed. We hadden toen een soort kap van flexibel, maar glad plexiglas gemaakt boven
het nest en daar had een steenmarter niet van terug.
|
Onze 'eigen' roodstaartjes bezig met hun nest in aanbouw onder
de plexiplaat kap. Zomer 2012. |

|
|
De gekraagde roodstaart heb ik vrij vaak gezien. Één
jaar woonde hij w.s. dichtbij en zat hij dagelijks dichtbij te zingen,
mooi liedje, beetje als een merel. En wat een knap ventje. De laatste
twee jaar niet meer gezien of gehoord. Foto internet.
Jonge gekraagde roodstaarten zaten in september regelmatig in de
terebinth van de bessen te snoepen. Die waren er maar een week of zo,
maar in die week had ik de kijker op het aanrecht liggen, want er kwam
van alles op die bessen af. Niet elk jaar, trouwens. |

|
|
|
Bijeneters kwamen elk voor- en najaar uitgebreid langs. Regelmatig vlogen er
een heleboel om ons huis, meestal aan het eind van de middag. In het eerste
jaar zaten ze 'n keer op de elektrische draden voor de deur, maar ik had
geen camera in de buurt en zeker nog geen digitale. Maar wel heel goed en
van dichtbij gezien. Links internet en de foto rechts heb ik deze zomer
gemaakt, haha!
Dat er bijeneters in de buurt zijn hoor je meteen. Ze maken een bijzonder
geluid, niet op te schrijven natuurlijk, maar zoiets als krrwark, krwark,
krrwark.
|
|
De scharrelaar was een vogel, die we vooral in augustus zagen en wel op het
stuk weg van Cébazan naar Cruzy. Het eerste jaar dat we ze tegenkwamen
zaten er 'n keer wel 'n stuk of twaalf wel op de draden (was een deel van de route naar Narbonne). Prachtig
beest. Op de foto van internet met een scolopendre in zijn snavel. De
scharrelaar rechts is onze eigen foto, maar dat is er een uit Oost Afrika, Lilac
breasted roller, tamelijk algemeen in Kenya en Tanzania. Ook de
scharrelaar hebben we de laatste jaren niet veel meer gezien.
|
Mussen waren in Pierrerue algemeen, één keer zag ik een ringmus. Merels
zag je nauwelijks, die waren in
Frankrijk hartstikke schuw. Worden, misschien werden, opgegeten. Ik hoorde
ze in het voorjaar en zag er heel soms een, zelfs op eigen terrein. In de
eerste winter - het was koud - bij de malus van Mirjam en daar heb ik
hetzelfde jaar één keer een lijster gezien.
Er waren redelijk wat spreeuwen en die hoorde je nogal 's buiten het zangseizoen. In de buurt van het aanplakbord van de gemeente in
Pierrerue zat er vaak een te tjoerelen. Dat beest heeft me een aantal keren
tuk gehad, omdat hij feilloos een wielewaal imiteerde en dan keek ik
natuurlijk meteen verrast op!
|
 |
Er zaten wel wat wielewalen in de buurt, ook de laatste
jaren. Altijd in grote bomen en in de buurt van water. Ik heb er meer
dan eens een heel goed gezien, b.v. vlak bij de supermarkt in een
boompje van amper 2 meter.
En verder hoorde je ze regelmatig, onmiskenbare roep, maar het
lijkt niet op tiedeljoho. Leve internet voor de foto's. |
|
Andere vogels die ik wel eens zag: zwartkop, zowel de zanger met het zwarte
oog - kleine zwartkop - als die met het rode oog - zwartkop grasmus. De
laatste kwam 's winters wel op het balkon van de vetbollen snoepen. Een
paartje woonde in de pistache bij de keuken, maar liet zich niet vaak zien.
Een keer een baardgrasmus en één keer een Provençaalse idem.
Boomkruipertje. Goudhaantjes. Kool-, pimpel en staartmezen. Heel veel puttertjes.
Vinken, Turkse torteltjes. Zwaluwen, gierzwaluwen, oeverzwaluwen. Buizerd,
torenvalk, blauwe kiekendief. Fazant (uitgezet door de gemeente voor de
jacht ...), patrijs. Een keer een korhoen. Deze zomer een jonge zeearend.
Flamingo's en koereigertjes. Reigers uiteraard. Een roodkopklauwier kun je
's zomers regelmatig zien zitten op de draden langs de weg tussen Cazedarnes
en Cébazan. En de hop, niet te vergeten. Een aantal keren van dichtbij
gezien, o.a. op 2 meter afstand in de tuin van Gilbert: een oudervogel die
een jong voerde, je houdt je adem in! en vaak van een afstand.

|

|
Hierboven links: puttertje, rechts: ringmus.
Veel gehoord en ook behoorlijk vaak gezien: de
nachtegaal. In de zomer zat er bij je wandeling elke 100 meter een te
zingen.
Maar zien, ho maar. Meestal zie je iets wegvliegen met een opvallend
roodbruine staart.
Pas deze zomer, 2014, heb ik ontdekt dat een bepaald piepend geluid hoort
bij moeder nachtegaal, die contact houdt met haar al uitgevlogen
jongen en dat die jongen met krrr antwoorden, anders dan bijeneters,
maar toch. |

|
Gehoord maar niet gezien: bosuil, 1x, en regelmatig het kleinste uiltje in
Europa: dwerguil, die vnl in februari/maart vlakbij een letterlijk eentonig
geluidje liet horen 's nachts. In Voorthuizen heb ik een keer een
steenuiltje gehoord.
|
 |
Dit vuurgoudhaantje bracht Spriet een keer binnen, w.s.
tegen een raam gevlogen, want Spriet ving geen vogeltjes. We hebben
het laten opzetten. |
|
|
Als je de foto's ziet begrijp je dat van talent, telelens, statief etc. Maar
zelfgemaakte foto's hebben ook wat. Hop, linksboven. Turkse torteltjes op
ons balkon.
|
Boomklever op de pinda's in Voorthuizen. |

|
|
 |
Mijn jongste dochter woont sinds een jaar of 5 in Sydney
en af en toe gaan we haar (en natuurlijk ook haar man en vooral mijn
kleinzoons) opzoeken.
In Australië is er veel te zien, zelfs is Sydney. Het meeste
plezier beleef ik er aan de Magpie en dat is geen ekster, maar
een vogel zo groot als een kraai, zwart/wit en erg tam. Het
allerleukste is dat hij een schattig geluid heeft, een soort
tjoerelend zingen. De tranen schieten je in de ogen als hij dat op een
meter of anderhalf van je vandaan gaat doen! Hij komt graag kijken of
er iets te halen valt, maar ook zonder dat kan het ook gebeuren dat ie
zo maar een beetje tegen je aan begint te zingen.
Toen we er in 2015 waren en een rondreis maakten, waren we in een
huisje in de Grampians en daar kwam ie gewoon de kamer in! |
|
|
 |
Onze groene logé Fiko, eind 2010. Fiko's baas kon alles
met hem doen, maar zijn vrouw hoefde niet in de buurt te komen. Wat
dat betreft zijn papegaaien eigenaardige beesten.
Fiko wilde zich door mij best op zijn kop laten krabben, kwam zowel
bij mij als bij Ko op de schouder zitten, maar lustte geen appel en
kon ook niet heel veel zeggen. Gezellig voor een weekje, maar wat een
rotzooi maken papegaaien. Dat was ik na jaren papegaailoos weer
helemaal vergeten.
|
|
|
Kuifeendjes vind ik ook heel leuk. Meestal zie je ze
weer in november. November vind ik helemaal niks, maar kuifeendjes en
mandarijntjes maken het een beetje beter te verduren. |
 |
|
Tenslotte twee typisch Amsterdamse vogels. Brutaal als de beul en blijkbaar
nogal op fietsen gesteld!
|
|

|
9 maart. Van
deze word je blij als je alleen maar de foto ziet. Het is een Sulawesi
jaarvogel en komt dus alleen op Sulawesi voor en daar zal ik nooit
van mijn leven meer komen, lijkt me. Maar ik wilde de foto graag
bewaren om af en toe naar te kijken. Hij komt uit het tijdschrift
'Vogels', dat ik een paar keer per jaar door de vogelbescherming krijg
toegestuurd. |
|
|
|
KATTEN
Onze poes Daisy komt t/m 1 augustus 2014 - de dag dat we afscheid van haar
moesten nemen - veelvuldig op de webpagina's voor.
Toen poes Camilla dood was en Kleine Poes alleen overbleef zochten we
gezelschap voor haar via MP. We kregen Daisy, een blue-point siamees van een
jaar of 3, rond kerst 2005 van een mevrouw met een cattery. Daar had ze 3
nesten gekregen en dat vond de mevrouw genoeg. Ik mocht haar hebben op
voorwaarde, dat ik haar zou laten steriliseren. Wat een geweldig cadeau; we
hebben een wereldkat aan haar gehad.
 |
Hier is ze, onze beeldschone en buitengewoon lieve
prinses Daisy, bijgenaamd Spriet.
In haar jonge jaren speelde ze graag met een leren koordje op de
blauwe bank, die vol halen zat na verloop van tijd. |
|
|
In het begin hadden we een heel beroerde camera en de
eerste foto's verschijnen pas in 2006, t.w. in augustus. In die tijd
likte Dees steeds haar schouder open en daarom droeg ze vaak een
truitje. ik breide die truitjes vaak in de auto, op weg naar een
middag bridgen.
Hier samen met Kleine Poes op de Libelle. |
 |
|
Kleine Poes ging in oktober 2006 dood, 18 jaar oud. We dachten er goed aan
te doen gezelschap te zoeken voor Spriet.
|
 |
Eerst deze rooie uit Montpellier. Een lief beest, een
beetje te dik en een beetje angstig. Dees moest haar niet. Terug naar
Montpellier. |
|
Later vonden we Poozj, een heel mooie oosters korthaar,
die door haar broer gepest werd. Een lieve, maar schichtige poes. Het
leek een tijd goed te gaan, maar Dees bleek behoorlijk onverdraagzaam
en ook geniepig: 's nachts oorlog. Poozj ging terug naar Zwolle. Maar
mijn vriendin Anne had haar bij mij gezien, was weg van haar en nam
haar mee naar Groenlo.
Voor Daisy geen gezelschap meer! Dat vonden alle partijen prima. |
 |
|
 |
De enige kat waarmee ze het goed kon vinden was een vrij
lelijke cyperse kater, die Ko altijd Krelis noemde. Die hoorde bij de
kudde katten, die Gisèle bij haar huis boven aan de heuvel had. De buren van Gisèle hadden ooit 2 katjes langs de straat gevonden
en meegenomen. Die werden ietwat verwaarloosd, Gisèle zorgde ervoor.
Al gauw kwamen er 4 kleine katjes bij ...Toen waren het er dus al
6! Dikke kans dat het er volgend jaar 18 zouden zijn. en daarom
heb ik Mamapoes en dochter laten
steriliseren door Ella. Behalve Mamapoes zijn alle katten van
lieverlee verdwenen.
Mamapoes heb ik dit jaar - 2014 - voor het eerst sinds 4 jaar weer gezien:
ze kende me nog, reageerde meteen toen ik haar riep: hartstikke
leuk.
|
|
Ella dierenarts gaat elk jaar met 2 andere vrouwelijke dierenartsen
in 3e-wereldlanden honden en katten steriliseren. Ze doen dat via een
heel klein gaatje opzij in de buik, daarna injectie met
antibiotica en klaar. De 3 dierenartsen noemen zich The Spay
Sisters. |
 |
|
|
 |
Als je een karweitje deed van het een of ander kon je er
donder op zeggen, dat Dees in de buurt was. Boven op je naaiwerk b.v.
of bij het verpotten van planten. |
|
Behalve in de winter, wanneer ze de voorkeur gaf aan haar
verwarmde mand, sliep ze graag bij ons, meestal aan mijn
linkerzijde. Rechts: dagelijks borstelbeurt, niet vergeten!
|
|
|
 |
Water is lekker uit een gebruikt kopje op het aanrecht,
of uit een emmer met regenwater, of een plas regen, of een kannetje
waarmee je planten begiet. Alles beter dan zo'n stom bakje op de grond,
toch? |
|
|
|
|
|
Relaxen op het balkon of bij het zwembad.
|
|
 |
Dit is de laatste foto die ik van haar heb gemaakt: 1
augustus 2014, de dag dat ze doodging. Ze is 14 jaar geworden. |
|
|
Sinds 2016 hebben we ook weer een poes, lilac point, oud
type, dus met rondere vormen dan een moderne Siamees. Ze heet bij ons
Muts en dat is niet voor niets. W.s. heeft ze een traumatisch
verleden, want eenvoudige kattenzaken zoals kopjes geven, heeft ze
nooit geleerd. Ze is best lief, kan inmiddels ook wel aardig snorren
en zit graag op schoot als we bij de TV zitten.
Helaas geeft ze vaak over, dat is erg vervelend. Soms komt Stevie van
hieronder, logeren. Stevie hoort, sinds Claire naar Australië is
verhuisd, bij Tinka. Muts en Stevie houden niet van elkaar, maar het
is ook geen oorlog.
En nou moet ik nog zien dat ik van de twee een foto oplaad ...
|
|
Katten die bij de familie horen. Hierboven Tinka's
Poessie, een van de mooiste katten, die ik ooit gekend heb, maar
helaas niet meer in leven.
En Claire's Steve, vernoemd naar Steve Irwin van 'He is going to
bite you'. Foto rechts is zo schattig met pootjes van baby Jacob
en Steve. |
 |
|
We zijn een aantal jaren later en Ko en ik wonen alweer
5 jaar in Nederland. Claires Stevie woont nu bij Tinka, want Claire is
naar Sydney verhuisd met haar man en mijn twee kleinzoontjes.
Jammer, maar helaas. Komende winter gaan we hen weer opzoeken. Tinka is met enige regelmaat ergens waar Stevie niet mee kan. Zij
woont vaak in een camper en als ze in Drenthe moet werken dan is dat
in een natuurreservaat. Katten zijn daar niet gewenst en Stevie komt
dan hier logeren.
2021: nadat Tinka vorig jaar is overleden is Stevie bij vrienden van
ons, Noor en Tjeerd, in Drenthe gaan wonen. Zij hebben daar een
fantastisch verbouwde boerderij met heel veel ruimte. We zien hem nog
regelmatig. Ook zo'n wereldkat die b.v. nooit achter een vogeltje aan
gaat.
Zelf hebben we nu ook toch maar weer een poes. Ze spoort niet
helemaal en heet Muts. Stevie en Muts kunnen redelijk goed door één
deur.
Stevie is in het najaar van 2022 overleden. Hij was 18 jaar.
|
 |
|
 |
Dit zijn onbekende katten, maar wat een leuke foto! |
|
|
 |
Een grote wens ging in vervulling toen ik 80 werd: we
gingen naar Namibië en Botswana en bezochten een kolonie
stokstaartjes.
Die waren de aanwezigheid van mensen gewend en deden wat ze altijd
deden, eten zoeken, op de kleintjes passen en uitkijken naar eventueel
gevaar. We hebben twee uur ademloos zitten kijken, naar o.a. de
babysit op de foto, die de 7 jongen van de groep onder zijn of haar
hoede had. Zie ook onze homepagina, vakanties en speciale afdeling
stokstaartjes.
|
|
|
|
In onze kennissenkring zijn er ook leuke hondjes: Daisy Bevan, van onze
Engelse vrienden en bridgepartners en Ollie van onze vrienden/buren Anky en
Willem en Bardot van 'de jongens'. Nr 1 en nr 3 zijn in 2020 overleden.
Inmiddels, 2023, zijn ook Daisy en Ollie er niet meer.
|
|
|
|
|
 |
Meestal heb ik me kleinere dieren geamuseerd. Deze foto
is in Zuid Afrika gemaakt, 2011.
Als kind al zowat met beestjes in de wieg gelegd, nu - tegen het
eind van mijn bestaan - nog altijd diep onder de indruk en hevig
geboeid door alle mogelijke soort dieren. En planten.
Ik betreur het, dat ik in de interessante tijd in Nigeria geen
digitale camera had. Het zou een stuk leuker geweest zijn daar als ik toen
camera en computer tot mijn beschikking had gehad.
Ik keek, als het even kon, mijn ogen uit en wist waar de slikspringers
zaten (volkomen nieuw beest), ik wist hoe de agames in de tuin hun
eitjes in de grond deponeerden, bracht eekhorentjes en een duikertje
groot met de fles en rommelde daarbij maar wat aan want een leidraad
en hulpmiddelen had ik niet) en zag allerlei interessants. Zoals de
hele cyclus van een bidsprinkhaan: een stuk of 80 baby's die uit een
eicapsule kwamen b.v. en de hele cyclus van de monarchvlinder.
|
|
|